|
biografie
Sander Germanus (Amsterdam, 16 maart 1972) begon in 1988 zijn klassieke saxofoonstudies bij Ed Bogaard aan het Sweelinck Conservatorium te Amsterdam, waar hij in 1994 met onderscheiding zijn diploma behaalde. In 1995 behaalde hij zijn solodiploma saxofoon, met een onderscheiding voor artistieke kwaliteiten. Tussen 1991 en 1993 volgde hij als bijvak een studie musicologie aan de Universiteit van Amsterdam. Vanaf 1992 studeerde hij compositie bij Peter-Jan Wagemans en instrumentatie bij Klaas de Vries aan het Rotterdams Conservatorium, waar hij in 1998 met prijs afstudeerde. Tijdens seizoen 1994-1995 studeerde hij tevens compositie bij Luc Van Hove aan het Koninklijk Vlaams Muziekconservatorium te Antwerpen. Op uitnodiging van De Nederlandse Opera nam hij in 1995 deel aan een masterclass van Pierre Boulez. De Aanmoedigingsprijs Muziek werd hem in 1998 toegekend door het Amsterdams Fonds voor de Kunst voor zijn compositie Adamsarchipel. In 1999 werd hij toegelaten tot het Orpheus Instituut te Gent waar hij in het voorjaar van 2005 zijn laureaatstitel behaalde met zijn thesis ‘Muziekthermiek’, over microtonaliteit in het algemeen en de hedendaagse toepassingen van kwarttonen. In het kader van deze studie nam hij deel aan verscheidene residentiele seminaries van onder andere Helmut Lachenmann en Jonathan Harvey. In 2000 werd hij genomineerd voor de NPS-cultuurprijs voor zijn compositie Continental voor dubbel kamerorkest en bereikte hij een finaleplaats. Voor seizoen 2001/2002 werd hem een stipendium en een verblijf in het Internationales Künstlerhaus Villa Concordia te Bamberg aangeboden, alwaar hij een half jaar verbleef en voordrachten aan onder meer de universiteit gaf. In 2003 componeerde hij in opdracht van het Festival van Vlaanderen Antwerpen een stuk voor blaastentet Il Solisti del Vento, o.l.v. Etienne Siebens. Vanaf zijn compositie Lunapark (2005-2006), die hij voor Calefax rietkwintet en het DoelenEnsemble componeerde, is zijn kwarttoontheorie samengekomen met andere muzikale vindingen op het gebied van tempo en ritme. Sinds 2007 is hij artistiek leider van Stichting Huygens-Fokker, centrum voor microtonale muziek, dat onder meer het beroemde 31-toonsorgel van Adriaan Fokker beheert. Sinds 2010 is hij tevens docent van de master-na-masteropleiding hedendaagse muziek van het Lemmensinstituut te Leuven (LUCA School of Arts). In 2012 ging zijn orkestwerk Fetus' Voyage in de première tijdens de ZaterdagMatinee in de Grote Zaal van het Concertgebouw in Amsterdam.
Hij schreef werken voor o.a. Radio Kamer Filharmonie, Calefax Rietkwintet, Asko|Schönberg, Amstel Quartet, Il Solisti del Vento, Nieuw Ensemble, Quatuor Danel, Studio for New Music Ensemble, DoelenEnsemble, Residentie Orkest, Slagwerk Den Haag en het Noord-Hollands Philharmonisch Orkest. Zijn muziek is regelmatig op radio en televisie uitgezonden en internationaal uitgevoerd. In 2011 is een cd met negen van zijn microtonale kamermuziekwerken op het label Etcetera uitgebracht, onder de naam Lunapark, uitgevoerd door o.a. Calefax rietkwintet en Asko|Schönberg, onder leiding van Reinbert de Leeuw.
Als saxofonist heeft hij vanaf 1990 in verscheidene orkesten en ensembles gespeeld, waaronder in het Radio Philharmonisch Orkest, het Schleswig-Holstein Festival Orchester, het Radio Symfonie Orkest, het Nederlands Promenade Orkest. Vanaf 1991 speelde hij in het World Saxophone Orchestra en verscheidene andere ensembles. Hij volgde vanaf 1992 actief saxofoonmasterclasses, o.a. bij Jean-Marie Londeix, Claude Delangle (Frankrijk) en Ryo Noda (Japan). Zijn debuut als saxofoonsolist was in 1998 met het DoelenEnsemble tijdens de Internationale Gaudeamusweek in de Beurs van Berlage te Amsterdam.
|
|
|
|